Tand anatomie

Glazuur (Emaille)

Dit is de harde buitenlaag van je tand (of kies). Het is het hardste spul in je hele lichaam, nog harder dan bot! Het beschermt je tand tegen alles wat je eet of drinkt. Maar als je te veel suiker eet en niet goed poetst, kan het glazuur kapot gaan (gaatjes = cariës).

Dentine

Onder het glazuur zit het dentine (of tandbeen). Dit is minder hard dan glazuur, maar nog steeds stevig. Het zit vol met hele kleine kanaaltjes (die heten tubuli — daarover zo meer). Dentine is gevoeliger: als je glazuur beschadigd is, voel je vaak pijn via het dentine.

Pulpa (Tandzenuw & Bloedvaatjes)

In het midden van de tand zit de pulpa. Dit is het zachte gedeelte met:

Zenuwen: die geven pijn door als er bijvoorbeeld een gaatje is.
Bloedvaatjes: die zorgen ervoor dat de tand voedingsstoffen krijgt.

Als de pulpa ontstoken raakt, kan een wortelkanaalbehandeling nodig zijn.

Tubuli (Dentinekanaaltjes)

In het dentine zitten hele kleine buisjes: de tubuli. Ze lopen van buiten naar binnen en geven signalen (zoals kou of warmte) door naar de zenuw. Daarom kun je bijvoorbeeld kiespijn voelen bij iets kouds. Of gevoelige tanden ervaren als de beschermlaag weggepoetst is.

Cementlaag

Rond de wortels van de tand zit een laagje cement. Dit is niet hetzelfde als bouwcement, maar het helpt de tand stevig in het kaakbot te verankeren. Hieraan hechten de vezels van het ligament.

Parodontaal ligament

Dit zijn kleine vezeltjes (soort elastiekjes) die de tand verbinden met het kaakbot. Ze zorgen dat de tand niet te strak vast zit, maar een beetje kan meebewegen bij het kauwen. Net als een schokdemper van een auto. Implantaten hebben dit niet.